Zo’n dag waarop ik niet van mezelf hou… Sorry fietser
Vandaag weer zo’n dag. Op weg naar een bestemming als het werk. Mijn bohemienbloed leidt/lijdt* me de laatste tijd wel vaker naar andere plaatsen. Vandaag zo’n dag. Zo’n dag dat de tijd niet rijp is om te vertrekken. Hond weg. Tijd dringt. Autobatterij plat. Lichten laten branden. Uiteindelijk vertrek ik een uur later.
Ik autorijd bijna een fietster omver. Dat gevoel. Dat je niet weet waar die fietster vandaan komt, je in je geheugen graaft of je hem écht écht écht niet had zien komen en daardoor eigenlijk weeral niet goed oplet. En ik weet dat ik terug enkele dagen met een schuldgevoel zal rondlopen. Ik wil echt sorry zeggen tegen de fietster in kwestie, want het was echt mijn bedoeling niet.
Als er een god bestaat dan ben ik dankbaar dat hij er voor zorgde dat de fietster mij wel zag. En dan hoop ik dat hij dringend weldoordacht een herwerkte versie van mezelf maakt. Eén die wat beter oplet in het verkeer. Of dat hij mij een innerlijk voorschrift voor verkeersattentie bezorgt. Ik hou niet van mensen die niet opletten in het verkeer, dus daarmee vandaag ook echt niet van mezelf.
GPS. Met het geduld van het fruit dat rijpt aan bomen zegt ze dat ik de tweede afslag moet nemen. Voor de derde keer. Ik heb het gehoord. Ik heb het gehoord. De intonatie in haar stem. De derde keer was het net iets anders dan de eerste twee keren. Ik ben er lang van overtuigd geweest dat er een mevrouw was die als werk auto’s doorheen de wegen van de dag loodst. Maar kijk, ze heeft zichzelf verraden door de intonatie bij het woordje afslag. Ze bestaat. En ze heeft me niet attent gemaakt op de fietser daarnet. Ze kijkt, luistert en geeft raad mee met haar mildheid als grootste troef… Of dat laat ze tenminste uitstralen. Maar uiteindelijk is ze minstens even erg als ik, zij met haar verderfelijke waarheden.
Sorry fietster.
*schrappen wat niet past
foto: Els Decoodt / nabewerking: ikzelf