Naar jaarlijkse gewoonte: Brief aan mijn lief. Over relationele herfstdalen en winterdipjes.
Dag mijn lief,
Vandaag zijn we 21 jaar samen. Het was zo’n jaar van een zonnige zomer en een woelige herfst.
Mijn gevoelens zijn soms zomerig maar soms ook herfstig. Voor mij is het bij momenten lastig om scherp te stellen. Ik moet constant mijn blik bijstellen. Soms is er te veel licht en soms te veel duisternis. Ik heb het nogal vaak moeilijk met mijn sluitertijd.
Met mijn hoofd vol zwart- witbeelden belandden we onlangs weer in een relatiedipje. We hadden ruzie over hoe jij soms niet lang genoeg naar iets kijkt. Net niet breed genoeg glimlacht of de aandacht niet hebt voor mijn denkhoofd en mijn gevoelshart. Ruzie over mijn ontembare honger en gulzigheid naar het leven. Over hoe ik soms afstand neem en hoe moeilijk het dan is om dichterbij te komen. Over hoe ik soms van alles veel te veel ben. Over ons I-hate-2-love you-gevoel.
Jij vond dat we misschien beter gewoon uit elkaar gingen. Jouw woorden troffen doel. Zo mis, zo fout en aan de andere kant zo raak.
Ik ben niet op mijn hoofdje gevallen. Als al onze onhebbelijkheden zich telkens herhalen… dan moeten we misschien gewoon… Maar we zijn op bepaalde vlakken beiden gezinszakken. We weten niet met wie we anders ons geluk moeten delen en bij wie we moeten razen en verstillen. We voelden beiden meteen (heel veel) heimwee naar elkaar.
Onze dalletjes. Het zijn de gekreukte pagina’s uit ons samenzijn, maar uiteindelijk kunnen we onze bladzijden terug gladstrijken, opnieuw lezen,… Vinden we het niet erg als de ander – per ongeluk – een ezelsoortje achterlaat. Het zijn die momenten die ons leiden naar het allermooiste uitvloeiende zachtkanieriegoudgeelgevoel van in de laatste weken.
Ik kom terug van mijn schrijfavonden en buiten brandt het kampvuur. Jullie wachten me op in een oase van kaarsjes en quiche. Ik stop noten en briefjes in je brooddoos. We verstillen bij onze vijgenboom onder een lage herfstzon. Jij drinkt zonder morren mijn zelfgecreëerde drankjes en ik leg jou het spreken op en we vinden elkaar terug. Na alle dipjes weten we dat vertragen en aandacht voor elkaar helend zijn. We weten dat niet alles roos is maar dat we – bij gelegenheid – en als we er oog voor hebben af en toe in de buurt van het goddelijke terechtkomen. Als we samen surfen op zomerzatte golven, sterren kijken of door een plotselinge blik als we door hetzelfde vermaakt of geraakt worden.
We weten het ondertussen wel. Dat liefde vaak in de kleine dingen zit.
Zoals deze ochtend, ik keek naar jou en zag een vlek op jouw jeansbroek (ter hoogte van je linkerbroekzak) die er met heel wat verbeelding uitzag als de vorm van een heel groot hart.
Dat is toch ongelooflijk meant to be?
Ik zie je graag!
I love to love you 🙂
Jouw Lies
ps: Ook last van een relationeel winterdipje? Alsjeblieft, ga kampvuren, kijk sterren of boek een winterdiptrip*.
*Een winterdiptrip kan worden ingezet tegen herfstdalen en relationele winterdipjes.